tapirs zijn complexe gezellen van zorgvuldigheid.
hoe ze zo voortschrijden op lage benen
met hun veel te sierlijke hoeven –
defilerende schemerdieren, over wie
de zwaarte bedachtzaam aan het wiegen raakt.
hun sporen moeten onbescheiden afdrukken zijn
waarin, wie dat kan
hun enige vreugde leest –
hoogstbeleefd de paring tegemoet treden.
maar hun stem is een karig ziezoeziezoe
het knarsen van de wielophanging niet ongelijk
zondags, weg uit het bed, het museum in
waar hun draadskelet achter het spiegelglas
op de tweede les wacht:
vandaag leren de dieren van mij
wat het betekent bedremmeld
en nog buigzaam te zijn.
hoe ze zo voortschrijden op lage benen
met hun veel te sierlijke hoeven –
defilerende schemerdieren, over wie
de zwaarte bedachtzaam aan het wiegen raakt.
hun sporen moeten onbescheiden afdrukken zijn
waarin, wie dat kan
hun enige vreugde leest –
hoogstbeleefd de paring tegemoet treden.
maar hun stem is een karig ziezoeziezoe
het knarsen van de wielophanging niet ongelijk
zondags, weg uit het bed, het museum in
waar hun draadskelet achter het spiegelglas
op de tweede les wacht:
vandaag leren de dieren van mij
wat het betekent bedremmeld
en nog buigzaam te zijn.